Zaterdag ochtend gaat hij weg. Het weer zit niet mee, het regent. Met propvolle koffers de auto in. Ook dat nog; alles valt uit de koffer.
Moeder zegt:'Jeff waarom neem je ook zoveel mee?'
Jeff antwoordt: 'Jij neemt zelf altijd de hele badkamer mee.' 
Zijn  moeder stapt boos de auto in. Op de snelweg ziet hij achter zich een zwarte BMW  die hen volgt tot Schiphol. Hij stapt de auto uit met zijn propvolle koffers en ziet dat de zwarte BMW parkeert. Er komt een dikke man uit de auto hij heeft een zwart pak aan. Hij is niet lang zijn, gezicht kun je niet goed zien. Jeff gaat naar binnen en ziet wel honderd, nee duizend mensen. Uit de luidspreker hoort hij dat vlucht 11 over 10 minuten vertrekt.
'Ik ga nog even naar de wc ik moet heel nodig.'
'Oke,' zegt zijn moeder.
Als hij bij de wc aankomt, ziet hij de dikke man een wc hokje binnen gaan. Jeff gaat naast hem in een hokje. Hij hoort dat de man aan het bellen is, hij heeft het over een jongetje. Jeff houdt zich doodstil  en luistert aandachtig. Als hij klaar is gaat hij naar zijn vliegtuig, zijn vader en moeder zwaaien hem uit.
In het vliegtuig gaat de mysterieuze man achter hem zitten. Jeff probeert te slapen. Dat lukt, hij slaapt met zijn MP3 in  de oren. Hij schrikt wakker van de luidspreker. Hij gaat over vijf minuten landen. 

Als hij aan komt wenkt een dunne meneer met een jampotglazenbril op en zwarte kleren aan. Hij loopt ernaar toe en de meneer vraagt:
'Ben jij Jeff?'
'Ja.'
'Ik ben professor Sarion, kom dan gaan we naar de Uluru.'
Ze gaan met een zwart busje naar het kamp. Jeff zit met een jongetje in het busje. Hij heet David. Hij komt uit België. David is best aardig. Jeff schat hem een jaar of 12.
Als ze op het kamp aankomen gaan ze groepjes verdelen van 2 kinderen. David en Jeff zijn ook een groepje en ze slapen in een tent. Ze gaan eten. Rijst! Jeff vindt het raar maar, best lekker en daarna gaan ze slapen. Het is 8 uur Australische tijd. Ze maken hun bed op en pakken hun koffers uit. Daarna gaan ze naar bed.

Die zelfde nacht worden ze wakker van wolf gejank ze horen een rits open gaan van een tent. De volgende morgen zijn er twee kinderen vermist. Professor zegt:
'Er zijn vannacht twee kinderen verdwenen.'
David en Jeff gaan naar buiten het kamp verkennen, ze splitsen zich. Na 5 minuten roept David:
'Jeff kom eens, ik zie hier wat raars.' 
Jeff komt er  hard aan lopen. David zegt:
'Kijk wat een rare rode sporen.'
Jeff roept hard en bang: 'Dat lijkt wel bloed!!'